Terug

De brus van: ”Jeroen klampt gerust iedereen aan”

30-09-2021

Jeroen is de oudere broer van Sanne Toornstra. Hij is 30, zij is 22. Zitten ze naast elkaar op de bank, dan kruipt hij lekker tegen haar aan en vertelt al zijn verhalen. Hij blijkt een soort entertainer die haar in veel dingen meetrekt. Dat was vroeger al zo. Sanne benijdt haar broer soms. “Hij kan overal een positieve draai aan geven.”

Op de buitendeur van het moderne zorgappartement hangt een rood/wit verbodsbord. Middenin staat de tekst: ‘Hoera, 30 jaar en nog steeds aantrekkelijk.’ Jeroen blijkt net jarig te zijn geweest en heeft dat uitgebreid gevierd. “Hij is gek op feestjes”, zegt Sanne. “Jeroen vindt het heerlijk om in het middelpunt te staan.”

Sanne’s broer werd geboren met een matig verstandelijke beperking. Hij woont sinds 2016 in een Amersfoortse zorginstelling. “Jeroen krijgt hier alle aandacht die hij nodig heeft,” vertelt Sanne. “Hij is erg sociaal en klampt gerust iedereen aan.” Ze lacht. “Als we vroeger samen vanuit de kerk op kamp gingen, was dat voor mij eigenlijk wel superhandig. Via Jeroen leerde ik binnen de kortste keren nieuwe mensen kennen.”

Stiller en rustiger
Zie je broer en zus naast elkaar zitten, dan valt op hoeveel ze verschillen. Jeroen kletst honderduit en maakt grote armgebaren, Sanne is veel stiller en rustiger. Voor een deel zit dat bedachtzame in haar karakter, voor een deel is het ook gevormd door het opgroeien met Jeroen. “Ik moest al vrij jong zelfstandig worden”, erkent ze. “Jeroen vroeg veel aandacht van mijn ouders. Het was altijd druk bij ons in huis en dat vond ik niet altijd fijn. Als ik behoefte aan rust had, trok ik me terug. Zat ik op mijn kamer, ging ik naar vriendinnetjes. Mijn ouders voelen zich daar soms wel een beetje schuldig over. Ze vragen af en toe: ‘Deden we je niet tekort?’”

Ooit maakte Sanne als tienjarig meisje een tekening van het gezin Toornstra. Op de voorgrond zie  je haar ouders en Jeroen staan, zij staat in haar eentje achteraan. In haar hand heeft ze een ballon met de tekst: ‘Hallo, ik ben er ook nog!’ Sanne haalt laconiek haar schouders op. “Het is zo gek dat ik me niet kan herinneren dat ik die tekening ooit maakte. Het strookt namelijk niet met mijn herinneringen. Naar mijn idee maakte ik er nooit zo’n punt van dat mijn ouders het druk hadden met Jeroen. Dat was gewoon zo. Ik knokte daar niet tegen, ik leerde dat te accepteren.”

Superblij met mijn broer
Opgroeien met Jeroen heeft haar leven gelukkig ook erg verrijkt. “Ik ben superblij met mijn broer en ik leer van hem. Hij laat me zien hoe je kunt genieten van elk dingetje, hoe klein ook. Dat vind ik prachtig om te zien. Jeroen is altijd gezellig. Hij komt twee keer per maand een weekend naar huis. Daarnaast bellen we bijna elke dag met elkaar en gaan we soms een dagje samen uit. Zo gaan we binnenkort met z’n tweetjes naar de Efteling.” Ze aait Jeroen even over zijn arm. “Toen ik een vriend kreeg, vond ik het heel belangrijk dat hij goed met mijn broer kon opschieten. Gelukkig was er vanaf de eerste ontmoeting een klik.”

Op de rem trappen
Soms moet Sanne bij Jeroen wel op de rem trappen, zegt ze eerlijk. “Jeroen is altijd enthousiast. Hij kan uren achter elkaar praten en voelt niet aan wanneer hij moet stoppen. Als we met een grote groep mensen zijn, vind ik dat niet erg en is het gezellig. Maar soms wil ik een serieus gesprek voeren met iemand of gewoon even niks aan mijn hoofd hebben. Op dat soort momenten zeg ik tegen Jeroen dat hij een poosje stil moet zijn. Hij luistert daar gelukkig wel naar.”

Niet bij mij werken
Omgaan met mensen met een verstandelijke beperking gaat Sanne makkelijk af. “Doordat ik er heel direct mee te maken heb, is het voor mij iets heel natuurlijks. Ik kijk nergens van op. Daarom wil ik later ook graag de zorg in gaan. Ik ben nu tweedejaars student social work. Dat is een hele brede studie, waarmee je nog alle kanten op kunt. Hoewel ik denk dat ik waarschijnlijk iets wil doen met jongeren met een beperking.” Jeroen roept streng, terwijl hij zijn zus stevig omarmt: “Als je dan maar niet hier komt werken!” Als Sanne vraagt waarom niet, legt haar broer uit dat dat vervelend is voor zijn medebewoners. “Ze kennen je hier allemaal als mijn zus. Als je ook begeleider wordt, snappen ze dat niet en raken ze in de war.” Sanne reageert uiterst begripvol. “Oké dan! Ga ik toch ergens anders solliciteren?”

TEKST MARIËTTE WOUDENBERG | BEELD WILLEM JAN DE BRUIN

Nog even dit

Samen met onze +10.000 leden ondersteunen we christenen die moeiten ervaren met of bij het leven met een beperking. Waardeer je de inzet van Dit Koningskind (door het lezen van dit artikel), doneer eens een klein bedrag en scan de QR-code. Want ‘iedereen is nodig’.

Wil jij een optimale website? Dan hebben we wat cookies van je nodig. Pas mijn voorkeuren aan