‘Wanneer mag ik weer naar mamma?’
Ze vindt het soms wat onwerkelijk. Als woonbegeleider Eva van den Berg (34) het terrein van Stichting Bartiméus in Doorn oprijdt, ziet ze als eerste grote borden met verboden toegang. Bezoekers zijn vanwege de coronacrisis in deze tijd niet toegestaan. Eva is al vijftien jaar in dienst bij Bartiméus. Ze werkt op een groep met zeven slechtziende en blinde bewoners tussen de veertig en zeventig jaar. Allemaal hebben ze een verstandelijke beperking. Volgens Eva is de grootste behoefte van haar bewoners in deze tijd: duidelijkheid!
“Ze willen weten: wanneer mag ik weer naar mamma toe? Of naar mijn zus, mijn broer? Kan ik dit jaar wel met vakantie? Kan ik kerst vieren bij mijn familie? Vooral bewoners met autisme vinden het heel lastig om met zoveel onzekerheid te moeten leven. Ze willen weten waar ze aan toe zijn. Het vervelende is dat we ze op dat punt niet veel kunnen bieden. ‘Op 28 april horen we meer’, zeggen we elke keer.”
Onrustig
“Toen de coronamaatregelen ingingen, was dat heel ingrijpend voor de bewoners. Ze moesten ineens binnenblijven, mochten niet naar de dagbesteding. Hun dag zag er compleet anders uit. Langzamerhand zie je gelukkig wel dat ze gewend raken aan de nieuwe situatie, ook omdat we zoveel mogelijk proberen toch een bepaalde structuur te bieden. Zo krijgen de meeste bewoners in deze tijd dagbesteding op de groep. Natuurlijk een op een en keurig op anderhalve meter afstand. En een van mijn bewoners die op een koor zit, volgt nu bijvoorbeeld online de repetities.”
Niet meer het journaal
“Je merkt wel dat het coronanieuws hard binnenkomt. Dat er zoveel mensen aan het virus zijn overleden, dat er zoveel mensen op de IC liggen. Voorheen luisterden we als groep en begeleiding vaak samen naar het journaal, dat doen we niet meer. Sommige bewoners worden er te angstig en te onrustig van.”
Bezorgde ouders
“Vragen bewoners om duidelijkheid, ouders willen in de eerste plaats weten of het goed gaat met hun kind. Willen hem of haar even zien. Daarom bieden we ouders aan om te facetimen. Dat stelt gerust. Verzacht de pijn. Voor onze bewoners is het wel apart, want zij kunnen op hun beurt hun ouders niet zien. Ze zijn slechtziend of blind. Leg dan maar eens uit wat facetimen is. Een van de bewoners bepaalt altijd zelf wanneer ze haar ouders belt. Nu kwam ik met de telefoon aanzetten om met ‘pappa en mamma’ te praten. Dat vond ze maar niks. ‘Moet ik nou ineens bellen van jou?’.”
Angst voor besmetting
“Ik ben niet bang om besmet te raken op mijn werk. We werken met bescherming zoals handschoenen en schorten. Ik let in deze tijd wel extra op wat ik doe in mijn privéleven. Ik was mijn handen veel vaker, blijf zoveel mogelijk binnen, houd afstand. Laatst vroeg een vriendin die op een corona-afdeling van een ziekenhuis werkt of we konden afspreken. Dat soort dingen doe ik dus bewust niet. Vind ik een veel te groot risico. Ik werk met een kwetsbare groep bewoners, waarvan ik sommige zelfs al vijftien jaar ken. Ze zijn me echt heel dierbaar.”