Terug

You never walk alone – Bianca de Vrind-Zegers

31-10-2023

Door een autistische burnout was ik heel langzaam steeds verder weggezakt in een depressie. Op het laatst ging het ineens heel snel achteruit. Het was afschuwelijk, echt afschuwelijk; geen woorden voor. God-zij-dank sloeg de medicatie al snel aan en door therapie en door samen leuke dingen te doen met mensen van mijn kerk, lukte het om weer wat licht te zien aan het einde van de tunnel. Maar ik had nog wel een hoop puin te ruimen om het zo te houden… 

‘Ga buiten wandelen, liefst in de ochtend,’ zei de huisarts.

‘Maak van wandelen je prioriteit, elke dag, en probeer er ook een stukje bij te joggen,’ zei de psycholoog.

‘Ga hardlopen!’ zei de leidster van het pastoraat in onze kerk.

Hardlopen???

‘Ja,’ zei ze, ‘running therapy is zelfs bewezen effectiever dan medicatie.’

‘Ja,’ zei ook de psycholoog, ‘door het hardlopen maakt je lichaam van nature een stofje aan dat nog beter helpt dan antidepressiva.’

‘Je krijgt er energie van en je gaat je beter voelen,’ zei de huisarts.

Maar ik haat sporten!

Niet dat ik lui ben, want van mijn billen zal het bankstel thuis niet slijten. Ik sportte weliswaar niet, maar ik bewóóg wel. En ik deed niet aan hardlopen, maar wel aan hard lópen. Ik ben namelijk moeder, thuismoeder. Veel moeders die een baan hebben, gaan naar een drukke sportschool, waar harde muziek aan staat. Ik doe thuis vacuum spinning en stair running. Gratis!

Oké…Ik zal eerlijk zijn: eigenlijk had ik gewoon geen tijd om te sporten. Dat ging namelijk af van de tijd voor de dingen die ik keihard nodig had om te ontprikkelen en tot rust te komen. En daar had ik ook al veel te vaak geen energie meer voor.

Nog eerlijker: ik zorgde heel slecht voor mezelf en die depressie was dus niet zomaar uit de lucht komen vallen.

Allereerlijkst: geen powerboekje, geen therapeut en zelfs geen godsgebed kon mij tussen die overdosis aan stress vandaan wrikken. En dat was niemand zijn schuld, maar er moest wel iets veranderen. Ik moest iets loslaten, iets toelaten.

Dus dan toch maar hardlopen

Omdat ik zo weinig energie had begon ik met rustig wandelen en dan probeerde ik tussendoor een minuut te joggen. Dat had de psycholoog me zo geadviseerd. Ik begon met vijftig stappen joggen en voerde het steeds op met vijftig stappen meer. Ik schaamde me wel als anderen me zagen joggen in mijn dagelijkse kleren, met gewone schoenen en met een winterjas aan. Daarom volgde ik de busbaan; dan leek het net of ik gewoon de bus probeerde te halen.

Ongeveer vanaf twee bushaltes aan een stuk rennen, was het echt niet meer lekker in gewone kleren. En het zag er niet uit.

Op naar de sportwinkel

Ik ging naar de sportwinkel. Naar de sportwinkel. Ik. Dat vloekte zowat bij elkaar!

Maar het was eigenlijk wel leuk. Ik voelde me net alsof ik op reis was in een ver land, op zoek naar een origineel souvenir: sportschoenen, een sportbroek en een sportshirt. Na het afrekenen pakte ik het mooi in bij de self-service balie, met een sticker erop: een sportief cadeau voor jou!

Die gezichten van de kinderen, toen ik het thuis aantrok. Dáár had ik wel een foto van gemaakt willen hebben. ‘Goed zo, schat!’ zei mijn man.

Een jaar later

Ik heb een hardlooplijf, zo blijkt! Elke dag vijftig stappen meer resulteerde binnen enkele maanden in een persoonlijk record van meer dan twaalf kilometer hardlopen zonder te stoppen. En geloof me: die befaamde runner’s high bestaat echt!

Van hardlopen gaat je bloed lekker snel stromen, je darmen worden opgeschud en in beweging gezet, je wordt warm en het luie zweet komt eruit, samen met alle stress, en dat voelt goed. Dat voelt hemels, alsof je nooit meer wilt stoppen. Dat voelt zalig en voldaan, tot lang nadat je weer thuis bent.

Ik heb ik weer ruimte in mijn hoofd om te werken aan een betere balans tussen wat moet en wat mag.

Harbour run

Voor fanatieke hardlopers bestaan er van die ‘runs’ waarbij je inspanningen beloond worden met een stoere medaille. De Rotterdamse harbour run is er zo een: tien kilometer hardlopen door de Rotterdamse haven met allerlei obstakels om overheen te klimmen of onderdoor te tijgeren. Ik heb meegedaan en ik heb het gehaald!

Wat mij het meest is bijgebleven? Niet de obstakels, niet de vermoeidheid, niet het zweet, ook niet de bananen en de bekertjes water die onderweg werden uitgedeeld. Ja, dat allemaal ook wel, en ook de spierpijn de dagen erna. Maar wat vooral indruk op me heeft gemaakt, zijn de mensen die langs de kant stonden aan te moedigen en te juichen, op z’n Rotterdams:

‘You never walk alone.’

“Ik loop de wedloop die voor mij ligt, door een wolk van getuigen omgeven. Met mijn ogen alleen op Jezus gericht, in de wedloop van het leven. Hij is mijn hoop, mijn kracht, mijn zekerheid.  Hij wijst mij de weg die ik moet gaan. Hij is mijn rots en geeft standvastigheid; Jezus is het doel van mijn bestaan.” – Opwekking 564, naar Hebreeën 12


Bianca de Vrind is professioneel fluitist en moeder met autisme. Haar drie kinderen, in de leeftijd van 9, 12 en 14 jaar oud, hebben ook autisme. In haar blogs schrijft ze over ‘hoe je het ook kunt zien’ en geeft ze ons een inkijkje in haar gezin. Daarnaast is Bianca auteur van het boek ‘Aan mij zie je niets’ en van de blog www.zokunjetookzien.nl

Wil jij een optimale website? Dan hebben we wat cookies van je nodig. Pas mijn voorkeuren aan